Nieuws


16-07-2007

Historische zege op het Godenmeer


Zwitserse roeichauvinisten noemen de Rotsee in Luzern 'Göttersee', het Godenmeer. Hoe meer en hoe vaker daar op wereldniveau regatta's plaats hebben, moet de rest van de wereld erkennen dat dit het beste roeiwater op aarde is. Gijs Vermeulen (foto) refereerde daar ook onmiddellijk aan na de historische zege van door hem voorgeslagen vier-zonder-stuurman in de finale van de World Cup 2007. 'Schitterend dat we juist hier de titel winnen', sprak hij juichend, 'dit is het eerste goud van het drieluik. Nu nog de wereldtitel en het olympisch goud.'
Op de landschappelijk beschermde Rotsee waait de wind mee, of tegen. Nooit van opzij voor oneerlijke verhoudingen. In het World Cup weekeinde met acht medailles voor Oranje en zes voorlopige olympische nominaties naar eisen van het Nederlandse Olympisch Comité was de wind gemakshalve gaan liggen en zorgde daardoor voor ideale omstandigheden. Warm was het wel, 32 graden.
Slechts twee keer eerder wonnen Nederlandse ploegen het eindklassement van de wereldbeker. In 1999 presteerde de dubbeltwee van Pieta van Dishoeck en Eeke van Nes het als eerste, in 2003 deed de lichtgewicht dubbeltwee van Kirsten van der Kolk en Marit van Eupen het als tweede. Geert Cirkel, Matthijs Vellenga, Jan Willem Gabriels en Gijs Vermeulen waren de eerste mannen die de gele hesjes en de World Cup naar Nederland brachten. Zij kregen geen geld mee naar huis, wel een 'gouden ding van schuimplastic', zoals Gabriels het uitdrukte. .
De verovering van de World Cup ging volgens het ideaalplaatje, met een eclatante triomf. De eerste op het hoogste niveau sinds de samenstelling van het kwartet in drie jaar. De Britten, weliswaar een beetje gehandicapt door de wissel wegens een blessure van Alex Partridge door Tom James, hun Nieuw-Zeelandse overwinnaars op de Bosbaan plus de Italiaanse nieuwelingen kregen slaag. 'Ik n voel mij de rijkste man van de wereld', zei boeg Geert Cirkel, 'Briljant was dit. En we zijn nog niet klaar. Eerst de wereldkampioenschappen, daarna de Olympische Spelen. Niemand mag veronderstelen dat dit onze top was. Ik weet dat er nog verbetering mogelijk is. Zo is het altijd geweest. We hebben als deze vier nooit een medaille gemist en vonden steeds ruimte voor verbetering.'
De wereldbekerfinale in Luzern was een prachtig weekeinde voor het Nederlandse toproeien. In totaal won Oranje acht medailles. Behalve voor de vier was er goud voor Marit van Eupen. De lichtgewicht skiffeuze lijkt regelrecht op haar derde wereldtitel op rij af te stevenen. Zilver was er voor de lichtgewicht dubbelvier met op slag Kirsten van der Kolk die tweeënhalf jaar weg was wegens moederschap en, de door reserves van de acht bemande, vier met stuurman. Bronzen medailles werden gewonnen door lichte skiffeur Jaap Schouten, de lichte vier-zonder-stuurman, de lichte acht en de acht der vrouwen.
Voor het Nederlandse toproeien was de World Cup op de Rotsee belangrijk voor de voorlopige olympische nominaties. NOC*NSF stelde eisen en limieten voor kandidaten naar de Olympische Spelen in Peking. Minimaal zesde plaatsen in Luzern voor de kleine nummers, vijfde posities voor de achten. Zes ploegen stelden de scherp observerende technisch directeur Charles van Commenée tevreden. De twee-zonder-stuurvrouw Nienke Kingma/Helen Tanger (zesde op geschoonde lijst), de lichte vier-zonder-stuurman (3e), skiffeur Sjoerd Hamburger 5e), de mannenacht (5e), de vrouwenacht (3e) en vanzelfsprekend de kampioenen van de vier-zonder-stuurman. Aan het Godenmeer te Luzern tekende zich een omvangrijke Nederlandse roeiploeg voor Peking af. 'Maar', zei bondscoach Jan Klerks, 'geen enkele ploeg gaat erheen om mee te doen. Allemaal willen ze meedoen voor de medailles.'

Geschreven voor website Boekel de Nerée


Klik hier voor het nieuwsarchief