Columns

01-05-2010


Het W-woord zal hier niet meer vallen. De jongeheer T. zal eerst weer een major moeten winnen voor hij weer aan de beurt komt. Zijn vijftiende. Dat zou wel eens lang kunnen gaan duren, misschien wel voor altijd.

In The Masters is het niet gelukt. Na vier maanden ontseksing was de vierde plaats op Augusta National een bewijs van het wederopgestane golffenomeen maar tegelijk van de verdwenen killer op fairways en greens. Zonder verwachtingen speelde hij in The Masters fenomenaal. Toen hij de indruk kreeg te kunnen winnen, ging hij stuntelen met struikelen als gevolg. Een tip-in-putje missen als op paaszondag had hij in een major nooit gedaan! Jack Nicklaus kan met gerust hart middagdutjes doen; zijn record van achttien majortriomfen zal nog lang blijven staan, wordt misschien wel nooit gebroken.

Amerika beleeft onveranderlijk gouden tijden. Phil Mickelson deed miljoenen tranen opwellen door zijn derde zegepraal in The Masters. Hij ontroerde golfers met zijn aanvallende spel met eagles op rij en de rest van het volk met liefdebetoon voor zieke vrouw en schoonmoeder. Hij had weinig wedstrijden gespeeld om hen bij de staan in de strijd tegen de meest gevreesde ziekte. En op alle fronten gewonnen.

Gouden tijden zijn het nog niet voor het Nederlandse golf. Maar ze komen er wel degelijk aan. De groei blijft maar doorzetten. Nog even en de NGF van de jonge directeur begroet de 500.000ste enthousiasteling voor het edele spel. Economische crisis of niet, sponsors haken niet af. Ze stromen zelfs toe. Deloitte Accountants en Adviseurs is breed in het Nederlandse golf gestapt. Directeur Roger Dassen vindt dat zijn 5000 werknemers allen moeten golfen. De aanwas van talent zal evenredig stijgen waarna topprestaties vanzelf volgen. Ja? Ja! Geen twijfel mogelijk.

Onlangs namen zeven Nederlandse professional golfers deel aan het Madeira Eiland Open. Een van de kleinste toernooien van de Europese Tour had plaats op Porto Santo, de creatie van de legendarische Seve Ballesteros. Toen wij, krukken van amateurs zoals er dertien in een dozijn gaan, er een paar keer speelden was het halen van de handicap geen al te grote moeilijkheid. Onze zeven mannen speelden er natuurlijk op de baan die voor het Madeira Open in kampioenschapcondities was geprepareerd. Hoge rough, gladde greens, smalle fairways, linke pinposities.

Onze Magnicent Seven kwamen geen van allen door de schifting. Zij moesten inpakken zonder een cent te verdienen van de 700.000 beschikbare eurootjes. Wat slecht, zeg, riepen veel volgers verontwaardigd uit. Hun kritiek werd onderbouwd met de stelling dat de Engelsman James Morrison als winnaar twintig onder par speelde.

Ware feiten inderdaad. Maar wel heel makkelijke kritiek. Voor de zeven Nederlanders die de mist in gingen, was Madeira geen verloren week. Zij konden verder met wat daar gebeurde: inspiratie halen uit het minne resultaat, bouwen aan het volgende in de rest van het seizoen. Het zwakke optreden van Madeira was niet verwonderlijk. De zeven Nederlanders zijn allen spelers van de Challenge Tour die geen of nauwelijks competitie van niveau hadden gekend in het voorjaar doordat de economische crisis op hun circuit het meest voelbaar was.

Dit seizoen n de naaste toekomst zal het alleen maar beter gaan. Na de afgang van Madeira gaat de opkomst verder. Robert-Jan Derksen en Maarten Lafeber gaven in Korea een mooi voorbeeld. Zonder op hun best te spelen eindigden zij als 6de en 16de. Als voor ieder de vorm er wel zal zijn, breken voor Nederland gouden tijden aan. Het W-woord wordt dan vanzelf vergeten.

Geschreven voor Regio Golf

«« Terug naar column overzicht