Columns

15-03-2008


Ooit is er een bevriende Amerikaanse journalist geweest aan wie John Daly verklapte waarom hij Long John wordt genoemd. Tijdens een gezamenlijke autorit ritste hij zijn broek open en ontrolde hij zijn geslachtsdeel van niet onaanzienlijke afmetingen in niet eens verstijfde stand. Daarom, zei Daly, terwijl hij zijn lid liet wiebelen. Het was maar goed dat er geen bomen langs de weg stonden, anders was onze collega er van schrik tegenaan gebotst en zou de wereld dit pikante detail over een van de bekendste golfers ter wereld nooit te weten zijn gekomen.

Naar verluidt kunnen dames van lichte zeden binnen onze grenzen de omvang van Dalys mannelijkheid volledig bevestigen. Hij bracht namelijk, wanneer hij in het Dutch Open kwam golfen - om meestal de cut te missen - altijd een royale portie van zijn startgeld naar de Nederlandse huizen van plezier. De bijnaam Long John slaat dus niet op de vaardigheid van John Daly om de golfbal zon enorme slinger te geven dat hij pas 300 meter verder neerkomt.

Zijn tweede bijnaam The Wild Thing is voor iedereen veel duidelijker. Ook die heeft niets te maken met zijn kanonskogels naar de rough langs de fairways en de bunkers voor de greens, maar alles met zijn turbulente levenswandel. Overal staat te voor. De wandelende vetklomp doet alles oversized. Sigaretje, drankje, etentje, uitje en gokje zijn bij Daly kettingroken, comazuipen, tien pond junkfood in n maal, seksrock & roll evenals (urenlang) aan de eenarmige bandiet sjorren.

John Daly heeft veel fout gedaan in zijn leven, dat ongeveer 42 jaar omvat. Eigenlijk heeft hij, naast soms geweldig golf te spelen, lles fout gedaan; door rood gelicht gereden, golfregels overtreden, stewardessen tegen de billen getikt, alcohol gedronken in afkickcentra, overspel gepleegd, echtgenotes beurs geslagen, zelfverminking gedaan, deuren ingetrapt, hotelkamers verbouwd, vrienden teleurgesteld, etcetera, etcetera.

En toch houden miljoenen mensen van John Daly. Sterker, miljoenen onder wie De Laatste Putter zijn verzot op hem. Waarom in Godsnaam? Omdat hij de volksjongen is. Klassegolfspeler met menselijke gebreken die hij zelf uitvergroot tot immense proporties. Daly doet zich niet duur voor. Hij heeft zich vanwege de countryclubs geen maniertjes aangemeten. Hij doet zoals hij golft. Is zoals hij is. Grip it and rip it. Staan en slaan.
Twee Majors won hij: USPGA 1991 als negende reserve waardoor hij onvergetelijk werd, en The Open op de heilige grond van St. Andrews Old Course 1995 als bevestiging van die sensationele eerste zege. Inmiddels heeft John Daly geen enkele ranking c.q. status meer in het topgolf. Toch kan hij rekenen op dertig of meer wildcards voor de grootste toernooien. Hij is namelijk nog altijd een gigantische publiekstrekker. Als hij zijn golfkunsten ergens vertoont, goed of slecht, dan is dat vox populi, en langs de andere kant big business.

Ook in Nederland. Vorig jaar kwam hij niet opdagen voor het KLM Open, ondanks een getekend contract. Misschien doet hij zijn belofte om er dit jaar wel bij te zijn op de Kennemer in augustus gestand. (Hopelijk weet hij nu nog niet dat de Amsterdamse club Y.Y. op overheidslast gesloten is).

Eens zei Dalys goede vriend Fuzzy Zoeller dat John Daly door sucidale neigingen de leeftijd van 50 nooit zal halen. De voormalige winnaar van The Masters sprak uit wat veel mensen met een natte vinger in de lucht ook kunnen bedenken. Die gedachte is ook niet zo gek. Maar wij doen toch af en toe een schietgebedje dat hem, The Wild Thing/Long John, een veel langer leven dan 50 beschoren mag zijn.

Geschreven in Golf Etc Magazine

«« Terug naar column overzicht